Uit mijn studententijd herinner ik me Jan Joost Lindner als een scherp en gevreesd politiek journalist. Toen ik hem enkele jaren geleden ontmoette, achter het schaakbord, moest ik mijn beeld bijstellen. Hij won van me, maar was de eerste om, de beminnelijkheid zelve, die overwinning te relativeren.
Op internet ontdekte ik dat hij een spelletjes-expert is. Via Marktplaats kon ik zijn boek “Ludieke uren”, uit 2005, op de kop tikken en genieten van zijn dwarse kijk op bord- en kaartspelen. Ik stel hem een paar vragen.
Hoe kijk je op je tijd als journalist terug? Was de politiek in de tijd van Den Uyl en Van Agt leuker dan nu? Strijdbaarder? Duidelijker? Of is dat maar schijn?
Ik denk dat de politiek in de jaren zeventig leuker was, zeker voor mij. Meer ideëel en moreel, minder cijfertjesgedoe en niet die verwoestende neurose rond immigratie en islam. Ook wel strijdbaarder, zij het soms overdreven. Ik heb het gedoe tussen Van Agt en Den Uyl destijds wel als een voortdurend herhaalde cowboyfilm omschreven. Maar ik vond en schreef ook dat een showfiguur als Van Agt, zonder veel politieke ambachtelijkheid, daarin niet thuishoorde. De politiek was duidelijker omdat het minder in cijfertjes en begripsverwarring verzoop.
Is het leven van (politiek) journalisten anno 2015 niet enorm moeilijk geworden? Hoe moet je met goed fatsoen wat vinden van het vluchtelingenvraagstuk? En van Griekenland en de euro? Zou je vandaag opnieuw als journalist beginnen?
Ik zou – `iffy history’ (in een ‘alternatieve geschiedenis’… jwd) – vandaag opnieuw kunnen beginnen, als ik 27 was, zoals destijds, als politiek journalist en rubriekschrijver. Ik begrijp ook nu nog veel meer van het beleid en het politieke spel dan al mijn (zeker niet domme) vrienden en vriendinnen. Dat is een kwestie van ervaring en de zaken goed volgen, zij het natuurlijk minder in detail dan vroeger.
Je bent spelletjes-deskundige. Tien jaar geleden, kort na je pensionering, schreef je het boek “Ludieke uren”, een evaluatie van belangrijke bordspelen en een pleidooi voor de spelende mens. Wat zit er achter dat boek? Ben je een spellen-mens?
Ik ben inderdaad een spelletjesmens. Dat ben ik altijd geweest. In de jaren negentig had ik een Volkskrant-rubriek, `Homo Ludens’, die anderhalf jaar liep. Later gaf de krant een boekje daarvan uit onder de titel `De Spelletjesgek’. `Ludieke Uren’ is een royale uitbreiding daarvan, na vrij veel studie, van vooral buitenlandse werken.
In je boek komen schaken en go bovendrijven, o.a. omdat het spelen zijn die nog steeds evolueren, zich ontwikkelen. Denk je daar nog steeds zo over? Hebben deze spelen hierdoor overlevingskracht, ook in het huidige computertijdperk?
Ik denk dat schaken, go en ook bridge juist mede dank zij de computer overlevingskracht hebben, al is het gebruik van de computer niet mijn favoriete methode. De computer ondersteunt de ontwikkeling van deze spelen in nieuwe richtingen.
Waarom ben je ooit gaan schaken? Van wie heb je het geleerd?
Ik heb schaken geleerd van mijn anderhalf jaar jongere broertje, toen ik net dertien was, en won dank zij een zelfontdekt vorkje de eerste partij.
Je hebt je beste schaakjaren (als sterke hoofdklasser) doorgemaakt in de tijd dat Nederland bijna het schaak-centrum van de wereld was. Hoe was dat? Kun je daar iets over zeggen?
In de jaren zeventig en begin jaren tachtig speelde ik nogal eens eerste bord hoofdklasse, onder meer tegen Kortsjnoi, Timman en Sosonko. De partijen tegen hen verloor ik natuurlijk, maar de afstand tot de professionele top was toch niet heel groot. Ik won van sommige Internationaal Meesters en kreeg soms hoge ratings.
Je hebt, als sterke amateur, merkbaar last gehad van de groeiende rol van openingsvoorbereiding, de laatste decennia nog versterkt door de computer. Is daar een recept tegen?
Tja. Openingstheorie. Ik had en heb er weinig zin in en maakte er ook geen tijd voor. Ik speelde een beperkt heel eigen repertoire. De zet 1. b2-b4 (de orang oetang opening) was toen voor veel spelers nog een verassing en kostte mijn tegenstanders veel tijd.
Je rating wisselt nogal de laatste jaren…
Ratings zijn tegenwoordig bijna dagkoersen en niet altijd te begrijpen. Ik trek me er weinig van aan.