IM JW de Jong: “Ik heb een sterke band met het Westland”

Jan-Willem de Jong, woonachtig in Delfgauw, laat er geen twijfel over bestaan dat hij zich nauw verbonden voelt met het gebied waar hij opgroeide en waar hij zijn schaakopvoeding kreeg. Jan-Willem: “Veel schakers in het Westland zijn goede vrienden van me, dus het is voor mij logisch om lid van WSC te blijven, ook al speel ik nu voor LSG (in de Meesterklasse). Ik heb een sterke band met het Westland en speel er nog heel regelmatig (SIO toernooi, Toernooi in de Tuinen, Kerstwedstrijden, Oliebollentoernooi etc.). Ook probeer ik altijd naar de WSC vergadering te komen. Ik ben dus zeker nog betrokken bij de regio en vind het leuk om de mensen die ik al jaren ken nog regelmatig te zien. Ik sluit zelfs niet uit dat ik volgend seizoen weer voor WSC speel (maar dan wel in de internetcompetitie….:-)”

Van wie heb je schaken geleerd?
“Ik heb schaken geleerd van mijn vader op mijn vijfde. Hij had via z’n werk een cursus schaken gevolgd en een schaakcomputer gekocht. Dat vond ik wel interessant. Tot mijn tiende heb ik alleen tegen hem en wat tegen de computer gespeeld. Toen speelde ik een scholierentoernooi waar ik, als ‘huisschaker’, van de Nederlands kampioen tot 10 jaar, Niels Bardelmeijer, won. Toen zeiden ze: “je moet maar eens langskomen op de club”. Dat jaar ben ik bij SIO onder leiding van Johan Voorberg begonnen en ik wist me meteen voor het NK t/m 12 jaar te plaatsen.”

Je bent onlangs getrouwd (met topschaakster Bianca Muhren). Een schaakwet zegt dat je rating dan met 100 punten daalt. Ben je daar bang voor?
“Nee, daar ben ik niet zo bang voor. Volgens mij geldt deze wet niet voor schaakstellen. Ook dacht ik dat de wet alleen van toepassing is op schakers die vader of moeder worden….:-). Ik denk de komende tijd ongeveer net zoveel tijd aan schaken te kunnen besteden als de afgelopen jaren, dus ik verwacht dat mijn niveau ongeveer gelijk blijft.”

Opvallend is dat jouw rating zo rond je 25e (JW is 33) flink en structureel gestegen is. Kun je uitleggen hoe dat zit? Ben je een laatbloeier? Of ben je te lang bij WSC blijven ‘hangen’?
“Op mijn 22e begon mijn relatie met Bianca. Volgens mij heeft mijn ratingsprong uit die periode drie oorzaken:
•    Ik wilde sterker zijn dan Bianca, die op dat moment een hogere rating had.
•    Ik ging met haar mee naar toernooien als het NK in Leeuwarden. Ik was destijds student, dus had tijd genoeg. Door gewoon te kijken bij analyses van pak hem beet Tiviakov, Smeets, Nijboer en Van Wely heb ik (destijds onbewust) enorm veel opgestoken.
•    Door de halve finales van het NK waar ik me in 2006 voor plaatste begon ik tegen sterkere tegenstanders te spelen, waar ik ook weer van leerde. Nog voordat ik bij HMC speelde haalde ik mijn eerste IM norm, ik zat al boven de 2400 toen ik wegging bij WSC.”

Wat is je ambitie? Wil je een sterke meester blijven of wil je grootmeester worden?
“Dat is een moeilijke vraag. Ik denk dat ik grootmeester zou kunnen worden, maar dan moet ik er aanzienlijk meer tijd in stoppen, vooral door meer te spelen en dat zit er nu niet in (ik werk als bedrijfskundige bij Exact). Veel spelen is belangrijk. Ik merkte na het afgelopen BDO toernooi, dat ik voor het eerst sinds een jaar of vijf vol zelfvertrouwen achter het bord zat, omdat ik weer eens een toernooi had gespeeld en intensief met schaken bezig was geweest. Toen Stefan Kuipers mij tijdens het toernooi vroeg wat mijn vorige toernooi was geweest, wist ik het antwoord niet. Dat bleek een toernooi op Sardinië in 2011 te zijn. Als je om de drie jaar een toernooi speelt, kun je praktisch gesproken geen grootmeester worden.”

Wat beschouw je als je beste prestatie ooit? Heb je een favoriete partij gespeeld?
“Ook deze vraag is niet gemakkelijk. Ik ben een keer Nederlands Kampioen t/m 14 geworden, maar ik schat mijn kwalificatie voor het NK in 2008 toch hoger in. Waarschijnlijk is mijn beste prestatie echter wel topscoorder in de Meesterklasse met een GM-norm. Wat partijen betreft, ik heb in de Europacup eens met zwart remise tegen Ivanchuk gespeeld. Dat vind ik mijn beste prestatie ooit, een strijd van 100 zetten tegen een topgrootmeester. (Zie: http://www.chessgames.com/perl/chessgame?gid=1558179 en let op de fraaie slotwending, waarmee Jan-Willem een theoretische remise forceert). Verder heb ik eens van Jan Smeets gewonnen in de bekerfinale en van Sergei Tiviakov tijdens het NK.”

Heb je een tip voor de HSB? Moeten we proberen om een topclub te krijgen in onze regio?
“Ik denk niet dat je dat moet proberen. De basis moet altijd een gezonde vereniging zijn waar door enthousiaste mensen het nodige georganiseerd wordt. Mensen trekken daar dan vanzelf naar toe. Met kunstmatig een topclub formeren moet je oppassen, dat kan als een kaartenhuis in elkaar vallen. Ik denk dat LSG goed bezig is en in de HSB verdient DSC naar mijn mening een groot compliment. Er wordt daar van alles gedaan, van trainingen tot de meest uiteenlopende toernooien, er zijn veel actieve dames, en er is ook nog een sterke interne competitie. Je ziet dat daar veel aantrekkingskracht van uit gaat, en met sterke spelers als Chiel van Oosterom en Joost Michielsen erbij staan ze nu zelfs bovenaan in de eerste klasse.”

Een gevaarlijke vraag tot slot… Kun je (zonder ruzie te krijgen) met Bianca spelen of vermijden jullie dat? En mochten jullie kinderen hebben, krijgen ze dan een Polgar-opvoeding?
“Ik speel zelden tegen Bianca al hebben we afgelopen zomer flink getraind omdat Bianca mee deed aan de Olympiade en het NK. Als we snelschaken is het hard tegen hard, maar echt ruzie krijgen we niet. Mochten we kinderen krijgen dan krijgen ze zeker geen Polgar opvoeding, maar ik denk wel dat ze dan spelenderwijs met schaken in aanraking zullen komen. Als ze dat leuk vinden prima, vinden ze het niet leuk ook prima! Dan wordt het gewoon voetbal of hockey.”

Plaats een reactie

WP-Backgrounds by InoPlugs Web Design and Juwelier Schönmann

    Laat zien dat je geen robot bent door de volgende afbeelding te kiezen Boom.