Promotieklasse – 4e ronde: Schaakcombinatie HTV aan kop

Het vlaggenschip van Schaakcombinatie HTV is op bezoek geweest in Wassenaar en heeft er geen twijfel over laten ontstaan waar de matchpunten heen zouden gaan.

SHTV gaat na vier ronden aan de leiding, maar daar kan Botwinnik voor de jaarwisseling nog op anticiperen als de helft van de wedstrijden van de vijfde ronde gespeeld zijn.

Schaakhuis weet op bezoek in De Mantel eindelijk twee matchpunten aan een wedstrijd over te houden en laat Raadsheer Corbulo achter met nog altijd nul matchpunten. De Westlanders halen nipt de volle buit binnen tijdens hun bezoek aan Denksportcentrum Olympus, waar Timon van Dijk verslag van gedaan heeft.

De vierde ronde wordt afgesloten met de wedstrijd tussen Scheve Toren en een ploeg uit Scheveningen.

Scheve Toren – RSC Belgisch Park
door Gerard Milort en Hans van der Zijden

Belgisch Park verrast in Pijnacker!

Niemand gaat graag op een druilerige vrijdagavond naar Pijnacker om aan te treden tegen de altijd lastige Scheve Torens. Zeker niet zonder onze grote 'Santa-man’ Bart Verbaan. We hadden vooraf geen hoge verwachtingen, maar zouden onze huid duur verkopen. Wonder boven wonder is dat gelukt! Hoe blij waren we met de 4½ – 3½ zwaar bevochten zege op de gastheren! En hoe blij was ik met mijn mooie overwinning op 'topscorer' K. Dekker die al 3 uit 3 had! Hoe spannend de uitslag ook lijkt, halverwege leek er geen vuiltje aan de lucht. Een 6-2 grote overwinning was zelfs mogelijk! Aan het bord naast mij gooiden Wim Kentstra (ST) en Peter Monté (BP) er in hoog tempo twintig zetten wilde theorie op het bord. Ik kende die zettenreeks nog niet en liet mij behoorlijk afleiden door dat spektakel! Niet wetende dat op mijn bord ook flink wat vuurwerk zou ontstaan… Zie hier wat er gebeurde (commentaar van G. Milort):

bord 1 Gerard Milort – Kees Dekker
Diagram 1 Milord - Dekker
stelling na 11.Ld3

Een gemene lokzet, Ld3. Bijna had ik deze zet à tempo gespeeld; maar ik zag op tijd dat 11… Pb4 mogelijk is. Dat is zonde van mijn witte loper, dacht ik, dus zocht ik naar wat anders. Maar was Pb4 wel erg? Stel dat ik gewoon neem en de toren op a1 offer, hoe gaat zwart de dame straks weer in het spel brengen? Ik bestrijk alle velden op de a-lijn! Zijn dame, torens en lopers doen dan voorlopig niet mee. Weet je wat, ik doe het! Zwart moet er wel op ingaan, wil hij op winst spelen.

Er volgde inderdaad

11… Pb4 12.axb4 Dxa1+ 13.Lc1! Ook als zwart nu slaat op c3 (13… Pxc3 14.bxc3) zijn de velden a2, a3 en a4 (en ook a5 en a6) nog steeds in witte handen.

Diagram 2 Milort - Dekker
stelling na 13.Lc1

Dit had ik voor ogen. Zwart staat nu voor een lastige keuze. Hoe gaat hij zijn dame en zijn andere stukken bevrijden? Kiest hij voor a5 en a4; voor Ld7 (om veld a4 in handen te krijgen na Pxc3), of voor direct Pxc3, gevolgd door Ld7. Dat kiezen kost tijd! Uiteindelijk koos hij voor

13… a5. Thuis gekomen vindt Fritz beide andere zetten iets sterker. Na de logische zetten

14.b5 a4 15.0-0 a3 is de volgende stelling ontstaan:

Diagram 3 Milort - Dekker
stelling na 15…a3

Nu was het mijn beurt om een keuze te maken. Direct slaan op a3 kan niet vanwege Dxc3! Dus eerst zelf op e4 slaan? Met het paard of met de loper? Voor de hand ligt Pxe4 en dan Lxe4, met aanval op h7. Maar ook 16.Lxe4 dxe4 17.Pd2 is interessant, want dan dreigt er ook nog Pb3! met dame-winst. Ik moet dan wel uitkijken voor 17… a2 18.Pb3 Db1! Daarom koos ik toch voor

16.Pxe4 dxe4 17.Lxe4. Zwart kon toen kiezen uit 17… f5, om pion h7 niet met schaak te verliezen; of 17… a2, met de ‘dreiging’ (na 18.Lg5) Dxf1+ en a1D! Hij koos (net als Fritz) voor

17… f5 18.Ld3 axb2 (NB: ook hier had 18… a2 gekund, waarna ik 19.Pd2 had gespeeld) 19.Lxb2 Da4 20.De2!

Diagram 4 Milort - Dekker
stelling na 20.De2

Ook 20.Dc3 leek aantrekkelijk, want (dekt veld a1 extra) dan dreigt er 21.Ta1. Maar met 20… Da5 pareert zwart die dreiging en kan zijn dame terug naar d8. Dame ruil wil ik natuurlijk niet. Zwarts stukken doen nog steeds niet mee! Dat duurde nog enkele zetten, maar toen was het al te laat.

Diagram 5 Milort - Dekker
stelling na 22… Ta4

Hier laat ik mij niet verleiden tot 23.Lxe6+ Lxe6 24.Dxe6+ Kh8, want na bijvoorbeeld 25.De2 Ta2! doet zwart weer mee; en 25.Lc1 Lxd4 of 25… Dxb5 vind ik zonde van mijn centrumpionnen. Met die pionnen wil ik namelijk de partij gaan winnen. Dus speelde ik

23.Tc1! Nu had zwart met 23… Te8 zijn pion op e6 moeten dekken. Wit blijft dan duidelijk beter staan na bv. 24.Tc2 Da5 25.Pe5… Zwart verkeerde inmiddels in tijdnood en speelde na 23.Tc1 het foutieve

23… Ld7? . Na het witte antwoord

24.c6 bxc6 25.bxc6 was het pleit zo goed als beslecht. Zwart kan niet nemen op c6. 25… Lxc6 26.Lxe6+! Kh8 27.Txc6 met stukwinst. Niet 26.Dxe6+ Kh8 27.Dxc6 vanwege Dxb2! Zonder stukwinst. Acht zetten later had zwart zijn stukken bevrijd, maar waren de witte vrijpionnen al te ver opgerukt.

Diagram 6 Milort - Dekker
stelling na 32.Lf4

In opperste tijdnood (en verwarring?) greep zwart hier geheel mis met

32… Da5?? Er volgde à tempo

33.Dxc8+ en de partij werd opgegeven. 1 – 0

Tijdnood of strategie? De vorige keer (twee jaar terug) dat we uit bij Scheve Toren speelden, viel het mij (Hans) op dat ze zo veel tijd gebruikten. Op alle 8 borden hadden we toen bijna 3 uur meer bedenktijd. Dat gebeurde ook ditmaal weer. Het lijkt wel afgesproken werk. Lekker lang nadenken zodat de stelling goed is, waarna het hopelijk minder tijd kost om de rest van de partij uit te spelen. Twee jaar terug wonnen ze met 5½-2½ en dat met gemiddeld slecht 6 Elo punten meer. Vorig jaar wonnen wij thuis met 4½-3½, maar toen waren ze verzwakt. Afgelopen vrijdag waren wij verzwakt. Bart Verbaan kon helaas niet en we hadden maar liefst gemiddeld 42 Elo punten minder.

Bord 6 J. de Graaf – H. vd Zijden
Ik was zelf als eerste klaar. Ik begon al met weinig vertrouwen aan de partij. Ik scoor de laatste anderhalf jaar sowieso al niet zo best in de Promotieklasse, maar ik was ook nog van 12:00 tot 16:15 bezig met post bezorgen en daar wordt je met mijn gewicht best moe van. Ik kwam al snel gedrukt te staan en zocht naar mogelijkheden om te breken met c5. Ik durfde het telkens niet aan omdat ik dan een geïsoleerde pion zou krijgen, maar de computer gaf toch meerdere keren aan dat het de beste zet was. Nadat wit ook nog met b4 kwam, besloot ik toch maar niet langer ermee te wachten. Nu was de computer echter niet zo blij met c5. De tegenstander ruilde 1x af (dxc5 bxc5) en schoof pion b4 naar b5. Dat kan een groot probleem worden in het eindspel. Vreemd genoeg bood mijn opponent een paar zetten later remise aan. We hadden pas 19 zetten gespeeld, maar op zo’n moment doe ik niet moeilijk. Tijdens het analyseren met behulp van een schaakprogramma op mijn telefoon (toch nog altijd grootmeestersterkte) bleek, dat ik in de eindstelling slechts licht slechter stond. ½ – ½

Bord 8 M. Hubert – G vd Zijden
Broer Gerard vd Zijden viel in en wist door veel af te ruilen een eenvoudig remise eindspel te bereiken. 1 – 1

bord 2 Wim Kentstra – Peter Monté
door Peter Monté

1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Lb4 4.e5 c5 5.a3 Lxc3+ 6.bxc3 Dc7 7.Dg4 Pe7 8.Dxg7 Tg8 9.Dxh7 cxd4 10.Pe2 Pbc6 11.f4 Ld7 12.Dd3 dxc3 13.Tb1 d4 Een (nog steeds) veelbelovend pionoffer.

14.Pxd4 Pxd4 15.Dxd4 Pf5 16.Df2 Lc6 Dit was allemaal á tempo op het bord gekomen en nu pas begon mijn tegenstander na te denken; mijn kennis reikte nog net één zet verder.

17.Tg1 0-0-0

Diagram 1 Kentstra - Monté
stelling na 17…0-0-0

Wit kan nu met de dame op a7 slaan, waarop zwart 18… Pd4 antwoordt. In Nijboer-Stellwagen (Hilversum 2007) volgde nu 19.Kf2 f6 20.Le3 fxe5 21.Lc4 Dh7 22.Da8+ Kc7 23.Da5+ Kd7 24.Tbd1 Dxc2+ 25.Ke1 Ke8 26.Ld3 Pf3+ en zwart won. De onlangs overleden Lex Jongsma stelde in zijn bespreking van deze partij in "De Telegraaf" de verbetering 19.Ld3 Lxg2 20.Txg2 Txg2 21.Txb7 voor, maar daarop meen ik iets gevonden te hebben. Een ander voorstel van Jongsma was 21.Ld3 (i.p.v. 21.Lc4), maar dan lijkt 21… e4 goed. Wat moet er echter op

18.Ld3 gebeuren? (Kentstra nam voor die zet ruim de tijd.)

Diagram 2 Kentstra - Monté
stelling na 18.Ld3

(Hans: Programma Hiarcs geeft hier licht voordeel voor zwart na Txd3. Andere zetten zijn duidelijk beter voor wit.)

Toen ik me zeven jaar geleden ermee bezighield, kwam ik de partij Liberson-Pietsch (Leipzig 1965) tegen, waarin wit na 18… Da5 19.Tb4 beter kwam te staan. Ik analyseerde het kwaliteitsoffer 18… Txd3! 19.cxd3 Dd8! waarop het na bijv. 20.Dxa7 Dxd3 21.Da8+ Kc7 22.Dxg8 Dxb1 23.Dxf7+ Kb8 slecht met wit afloopt. Die kennis had ik niet meer paraat en ik speelde

20.g4 Pd4 21.Tg3 e5 (21… Dxf6) 22.fxe5 ging ik met

22… Da2? de fout in (22… Dd5 was nog speelbaar), want na

23.Tb4 Da1 24.Kd1 sloot wits verdediging en gaf zijn pionnenoverwicht op de koningsvleugel de doorslag. Een paar zetten later moest ik – wat laat – opgeven. 2 – 1

Bord 3 P. Ingehoes – H. Tromp
Peter Ingenhoes verloor ergens een stuk voor te weinig aanval en kon opgeven. 3 – 1 Er werd nog niet gewanhoopt, want op de resterende borden hadden we meer tijd en stonden we beter.

Bord 1 G. Milort – K. Dekker
Gerard Milort speelde een fraaie partij. Analyse van zijn hand aan het begin van dit verslag. Ik kan al wel vast verklappen dat hij won. 3 – 2

Bord 5 Ton vd Zijen – A. van Gent
Ton durfde zijn interessante partij toch niet openbaar te maken, vanwege de vele fouten. Zijn tegenstander maakte gelukkig de laatste fout. Al vroeg in de partij sloeg deze met de dame op b2. Ton vertelde hem nog dat een Grootmeester ooit had gezegd “Sla nooit met een pion op b2, ook niet als het goed is”. Je wint er wel een pion mee, maar de dame wordt met tempowinst opgejaagd en moet meestal zijn heil zoeken op een slecht veld. Daarna moet je heel goed kunnen verdedigen tegen de witte aanval. Ton viel net iets beter aan dan zijn tegenstander verdedigde en won. 3 – 3

Bord 7 A. vd Toorn – J. Kleijn
Aat had vrijwel de hele partij het initiatief en gebruikte de tijdnood van zijn tegenstander om binnen te dringen. Niet slecht tegen iemand met 95 Elo punten meer. Een ver opgerukte vrijpion bracht ons een derde winstpartij. 3 – 4

Bord 4 R. de Smit M. Dijkhuizen
Martin Dijkhuizen keek de hele tijd tegen een gesloten verdediging aan. Ook had hij moeite om zijn loper actief te krijgen. Toch leek hij wel beter te staan. In wederzijdse tijdnood wist hij een toreneindspel te bereiken met een pion meer. Dat was gewonnen, maar dat is vaak nog niet zo eenvoudig. Zeker niet in tijdnood. Martin maakte ergens een fout en toen was het remise. 3½ – 4½

Gespeelde wedstrijden 4e ronde

            Verslag
Raadsheer-Corbulo Schaakhuis 1½ – 6½      
Bobby Fischer/Wassenaar SHTV 2 – 6     Timo Bottema | André Wagner
Promotie 2 WSC 2 3½ – 4½     Timon van Dijk
Scheve Toren RSC-Belgisch Park 3½ – 4½      
Programma 5e ronde

maandag 16 december 2013 Schaakhuis Bobby Fischer/Wassenaar
donderdag 19 december 2013 Botwinnik Scheve Toren
maandag 6 januari 2014 WSC 2 Raadsheer-Corbulo
maandag 6 januari 2014 RSC-Belgisch Park Promotie 2

Plaats een reactie

WP-Backgrounds by InoPlugs Web Design and Juwelier Schönmann

    Laat zien dat je geen robot bent door de volgende afbeelding te kiezen Huis.