DSC 4 is na de enerverende slotronde voor de Promotieklasse en de beide eerste klassen kampioen geworden van de Promotieklasse. Weliswaar won concurrent Schaakhuis 1 van DD 3 maar het gelijke spel van de Delftenaren was voldoende om op bordpunten de titel te grijpen. Een spannende avond, met een enigszins bizarre nasleep.
Vóór aanvang van de slotronde had DSC 4 de beste papieren in de Promotieklasse. Het team uit Delft stond één matchpunt voor op Schaakhuis 1 en gezien de bordpunten was een gelijkspel in de laatste ronde tegen Promotie 2 voldoende voor het kampioenschap. Schaakhuis móest dus winnen van het al gedegradeerde DD 3 en was dan afhankelijk van de verrichtingen van DSC. Verder had nummer 3, SHTV 1, alleen nog theoretische kansen op de titel: zelf moest dan (flink) gewonnen worden van Scheve Toren 1 terwijl de concurrenten DSC en Schaakhuis beide zouden moeten verliezen.
Volle bak tijdens de slotronde in Zoetermeer op 17 april
DSC begon de avond rustig met drie remises voor Henrik Tamerus (bord 8), kopman Hans Stam en Kees van der Meer aan bord 4 waarbij aan de borden 1 en 8 het remise-aanbod van de tegenstander werd geaccepteerd. Veel meer heeft er in deze drie partijen ook niet ingezeten.
Jan-Pieter de Vries vond het toen een goed moment om de score te openen. Geconcentreerd spelend aan bord 3 weerlegde hij de opstoot van de d-pion van zijn tegenstander waar de man van Promotie zich wel het een en ander bij had voorgesteld. De pion voorsprong bleef gehandhaafd, het volle punt werd binnengehaald en daarmee pakte DSC een 2½-1½ voorsprong.
Willem-Jan van den Broek speelde aan bord 7 een prima partij. Het nauwkeurig uitgedachte plan (matgeven met het paard op g6 ondersteund door dame en loper) werd zet voor zet tot uitvoering gebracht. De overwinning bracht een 3½-1½ voorsprong op het scorebord.
Ondertussen werden de verrichtingen van Schaakhuis 1 uiteraard nauwlettend in de gaten gehouden (andersom ook trouwens!) en die boden reden tot optimisme voor de mannen uit Delft. DD 3, reeds gedegradeerd, speelde zonder enige schroom en ging vol vertrouwen het duel aan met Schaakhuis dat sinds de 5e ronde versterkt achter de borden verschijnt met de toppers R. Wagenaar en R. Schrik en met ingang van de 7e ronde ook nog eens R. Liem ‘aantrekt’. Met dit drietal, goed voor gemiddeld 2140 Elopunten, zet Schaakhuis alles op alles om volgend seizoen in de KNSB te spelen.
Na remise op bord 5 opende Henk Happel de score voor DD door R. Wagenaar aan het topbord te verslaan. R. Baas wist namens Schaakhuis geen gebruik te maken van de tijdnood van zijn tegenstander (remise op bord 3) maar R. Liem trok de stand gelijk na winst op het tweede bord: 2–2.
Hoewel dit een gunstige tussenstand was voor DSC was men er in het Delftse kamp toch niet helemaal gerust op. De zaken gingen namelijk niet zoals men hoopte. Allereerst was daar de toch wel verrassende nederlaag van Hora Vlam aan bord 2 (invaller voor Jaap Flohil). Het remise-aanbod van de man uit Zoetermeer werd, gezien de stand op de overige borden, vriendelijk afgeslagen maar dit pakte verkeerd uit. Het eindspel leek Hora de beste kansen te bieden maar kennelijk lag de zaak niet zo eenvoudig en ging Promotie er hier met het volle punt vandoor: 3½-2½ voor DSC. En het werd nog spannender…
Pieter Goossens (bord 6) had al vrij snel een pion ingeleverd en zag die nooit meer terug. Hij creëerde nog tegenspel maar ook hier ging het punt naar Promotie en was de stand weer in evenwicht: 3½-3½. Dat halve punt moest er nog wel komen…
Spelers van Schaakhuis en Delft bekeken steeds vaker de wedstrijd van de tegenstander: het was echt waanzinnig spannend. De ontwikkelingen bij Schaakhuis 1 – DD 3 waren inmiddels nog steeds gunstig voor DSC. Winst voor DD aan bord 6, remise op bord 7 en winst voor Schaakhuis aan het 4e bord brachten ook hier de tussenstand op 3½-3½. In beide wedstrijden nog één partij te gaan. Welke kant zou het opgaan?
DSC 4 nog volop in actie tegen Promotie 2
In de laatste partij bij DSC (Evert van den Hooven aan bord 5) werd in een lastige stelling remise overeengekomen waarmee het bevrijdende halve punt binnen was: DSC 4 kampioen van de Promotieklasse! Dat DD vervolgens, na winst op bord 8, zelfs nog van Schaakhuis won deed vervolgens niet meer ter zake.
Naast dit spektakel deed SHTV 1 tegen Scheve Toren 1 wat het moest doen: winnen. Het werd al vrij snel 3–0 waarna Scheve Toren nog wel terugkwam tot 3½-2½ maar vervolgens toch met 5–3 de zege aan SHTV moest laten.
Onderin vocht SHTV 2 voor lijfsbehoud in de Promotieklasse. Dan moest allereerst zelf gewonnen worden van Botwinnik 1 en zouden de ‘grote jongens van het eerste’ Scheve Toren 1 moeten verslaan (wat dus inderdaad gebeurde). Maar het tweede van SHTV had het niet deze avond. In rap tempo moesten de koningen aan de borden 3, 4, 5 en 7 worden omgelegd hetgeen resulteerde in een 4–0 achterstand. Vervolgens voegden beide ploegen nog twee bordpunten aan hun totaal toe zodat Botwinnik met 6–2 zegevierde en SHTV 2 de tweede degradant werd.
Wat was nu die bizarre nasleep zult u denken? Wel, die bestond hierin dat Henk Happel, kopman van DD 3, al drie keer eerder dit seizoen in de KNSB-competitie voor DD 2 had gespeeld en als gevolg daarvan reglementair niet meer speelgerechtigd was voor DD 3. Dat betekende dat de uitslag aan bord 1 werd omgezet in een reglementaire overwinning voor Schaakhuis 1 dat daarmee niet met 4½–3½ verloor, maar met dezelfde cijfers won! Het halve punt aan bord 5 waarmee DSC 4 de 4–4 veilig stelde werd daarmee wel een heel belangrijk half punt!
Het zou toch wat geweest zijn als DSC 4 door een foutieve opstelling van degradant DD 3 alsnog het kampioenschap aan Schaakhuis 1 had moeten laten…
Gespeelde wedstrijden slotronde
Verslag | ||||||
Promotie 2 | – | DSC 4 | 4 – 4 | Willem-Jan v/d Broek | ||
SHTV 2 | – | Botwinnik 1 | 2 – 6 | André Wagner | ||
Scheve Toren 1 | – | SHTV 1 | 3 – 5 | André Wagner | ||
RSC Belgisch Park 1 | – | WSC 2 | 4 – 4 | Ard Dekker | ||
Schaakhuis 1 | – | DD 3 | 4½ – 3½ |